Transcriptie
139
Van Banda den 20= Iunij 1690.
raken, maer het antwoord van heeren weesmeesteren deser het antw: van E: —
weesmeesteren gaet
stede op de peremtoire afvraginge of haer E:s nog van
hiernevens
intentie waren, om haer met het vonnis ter eerster instantie
te behelpen gaet hier nevens.
de subsidien, dewelke tot dus lange in dese provintie nog in
de subsidie tot laste
der dienaers
gebruijk, en grotelijx tot laste van het guarnisoen zijn geweest,
alsoo daerdoor den gemenen dienaer nanlijx iets op reecq: kende
te goet houden of maer schoon tweemael des Jaers, aent
zijn op ons voorstel door
de heer Commiss:s —
guarnisoen verstrecking gedaen werd, zijn op ons voordrag
afgeschaft
en bij missive van den 23.en april, door de H=r Commiss.s
de Haes, bij sijn Ed. van den 28. d.o gelast af te schaffen ende
geordonneert in plaetse van dien alle drie maanden verstreckinge
op reecq. van soldij aendeselven te doen gelijk dat is die te
goet hebben 2. maanden, en die te quaet zijn niet meer dan en tnevenstaende
geordonneert
een maand vande drie gelijk alomme thans in India
in practijk is, twelke dan met het begin van dese maend
ingevoert en aenvank genomen heeft, en willen wij
niet twijffelen, of zal binnen het Iaer een goet effect hope van een goet effect
daer van werden bespeurt, ook sullen onse guarmisoenhouders
door dat middel te niet uijt haer schult geraken die onder
ult.o maij bij d.o boeken nog hebben belopen ƒ 117 10„ 11„ 15.—
Brenger deses onsenburger Theunis Caes. soet, heeft
alhier