Jos

onbequame O=

Van Banda den 6.n Septemb: 1690:

dat nogtans selden gebeurt; aengesien met dese,

en andere diensten inde pakhuijsen, laden en losten

der Chialoepen &.a meest Continueel besig zijn

bequame slavinien

28:

1

vrouwe

de onbequame, Eijfeijgen werden gebruijkt

en bestaen in te weten

4. binnen 'tlaheel nassauw die benevens de 2. afgeleefde

Iongens d.o Caseel ende woning daerbinnen helpen

schoonhouden, en ’t vuijlis na steant dragen, zijnde ’t

ook sooveel als men daermede kone stellen

6. Oude en afgeleefde floofjes die anders niet en doen

nogen konnen, als Comp.s oningen, buijten

’t casteel mitsgs de timmerwerff dagelijx uijtvegen,

en d’vuijligheijt na’t strant dragen

2. nog alvan de besteslag uijt dese soort die als boven

gesegt 'tHospitael schoon houden

2. ad idem die gedurig de markt off bataer wegen

1. bij de schoolmeester in s' Comp.s School

1. op belam:) zijn de wijven vand' Iongens die aldaer dienst doen

1. op Comber) en tot geen fatigeusen arbeijt bequaeme zijn

3. in s' Comp. thuijn op Neira, om deselve schoon te houden

als konnende niet veel anders verrigten

5. op p=lo piesang ad idem

7. die door pure ouderdom afgeleeft, en tot gene Diensten

konnen gebruijkte berden, sulx daeraen de

natuur