Transcriptie
690.
29
Van Bandee onder dato 6. Septemb:r 1690:
Batavia
Aan den Ho: Ed: Heer
Joannes Camkhuijs gouverneur
generaal mitsgs: d’ Ed:
Heren Raden van India
Ed: Ho: agtb:, manhafte, welwijse,
voorsz: ensoer genereuse Heer en Heren
Nademael uEd: Ho: agtb: mij gunstelijk hebben
gelieven te permitteren, om na Costij te mogen navigeren,
soo vinde ik mij ten alderhoogsten verpligt, uEd Ho: a:
door dese mijne geringe letteren, van Herten dank te
seggen, maer vermits ik alhier ondertusschen om
redenen mij daertoe moverende) aen een eerlijke Ionge
Dogter na ’t overlijden van mijn vorige Egt-genoot ben
getrouwt, heeft de Ed Heer Commiss:s de Haes,
de
boven genoemde admissie gelieven te Contramanderen;
'tis nu sulx dat ik nu myn grote siekte door
aenradinge van verscheijde personen, en permissie
vande regeringe deser provintie, na p=lo aij ber
vertrocken om te sien, off de veranderinge der lugt,
eenig voordeel, tot reconvalisatie mijner gesontheyt
soude toebrengen, zijnde dan na 'tverloop van ontrent
6.