168

Van Macassar den 23. 7ber 1695.

rokes en Cierlijke lanssen gewapend.

dese

haelden Voorts radja Bonij uijt Bontuale;

zijn hoogh.t sal in desselfs ordinarij draagsetel

verselt van radja Joa, en de twede Coninginne

radja bonijkormt

niet staet en gevolg

Cram Laijkan, met een grotesleep van Minder

Coninginnen, princessen en staet Iuff.rs, alle

Cierlijk opgetoijt, met goudene ketenen en arm

ringen, ook kostelijke broeken van goud laken,

bodidaers, Maras, allegias en diergel: soffen

met fijne witte en ile slepende kleden over deselve

Na zijn hoogh:ts komste ter baleeuw, wierden de

respective legers gewaerschout te naderen, die hun

op een distantie van ontrent 40. roeden van

zyn bevelaande hootden voren en de beijde zijden der baleeuw sloten

der versamelde bond„

dit volbragt zijnde wierd de resp. Coningen

genoten

en princen die als hoofden voor hun troepen

stonden, door radja bonijs Tolk Carre lesso,

verselt met Comp.e toek Jan Serdmandus

uijt naam van zijn Hoogh.t aangesegt, dat

hun aller opperhooft den gouv.e daar

ter baleeuw verschenen was om hun

belofte van getrouwigheijt aan de Comp.e

te ontfangen. en datse dierhalven in ordre

en op hun beurt konde komen om te

verklaring van het

Canjeren: dit woord Canpar begrijpt de actie

woord Canjar

die na Landswijse gewoon zijn te gebruijken,

om