Transcriptie
180.
Van Macassar den 23.'n Septemb:r 1695.
Harman Hanssen, H:k Caas, M: H: Suiring,
P:r van de kouter, H: Steenkop, en H: Berghuyjsen,
ter zijde stont Macassar in't Casteel Rotterdam
—
den 23.en September 1695
Memorie voor den
boekhouder s.r frans Haffing gedesign.
resid.t tot biema, tot desselfs narigt
op gestelt
3
De is vEbekent, hoe uE: met het Iagije de wed„
schie op reijs na biema p=mo aug.o van hier vertrocken,
dog den 12. d.o geretourneerd zij, dat vervolgens tot
d:o togt aangelegt en beladen is, de burger Chialoep
d’ambonte Iager die den 5.e deser uijt dese rhede
vertrocken is, na de bogt van Turatta, werwaerts
Wij den 8. deser nog gesonden hebben den hoor oemar
alij met zijn vaertuijg, met zodanige pivres
als onsen brieff aan den E. luijtenant vander schuur
en den raad, dato deses dicteert, en alsoo wij niet
twijffelen, off zoo wel de sloep als den voors.
Moor sullen haast de gestelde rendevous plaets
bestevent hebben, dicteert onse ordre, dat uE. morgen
vroeg de marsch overland derwaerts nemen sult
met onse militairen onder den Constabel en
vuurwerker Christoffel smith, als hun seg.
en de twee soeroeangs, off afgesondene van radja
Bonij, bij voors. onsen gemenen brieff gemelt
om zoodra uE tesamen tot turatte kamt, en de
Sloep