closeTerug naar inventaris

Transcriptie

den Gouverneur Zal zulx door

gepaste middele zien voor te ko„

en

§ 304:

de Exctispatien Worden geno„

teert.

§303

de Iatij Bosschen verdienen

geen aanhaaling

dog zullen te Rouroen Man„

„pa door Twee Timmerlieden

g'ecamineert werden

het opprostueerde uuijts 306:

de Lochoese Zagoe bosschen:

genoteert.

middelen hier in wijnig kunnende voorsien, zal den eersten

reekenaar egter /: zoo: veel maar immer d'oenlijk is:/ den

Jnlander van het plukken zoeken te diveteeren, door

het doen der groote Hongij en het Continueel laten be„

„kruijssen der stranden.

De Extirpatten hebben zeedert onse eerbiedige

laatste maar bestaan in

2: Egte noots boomen in ’t gebregte van Tanafora en

22136: Nagul spruijtjes te Hila uijtgeroeijt

De Jatij Bosschen verbienen peend aan haa„

„ting, alleen hebben wij de Eer uw Hoog Edelens ter

g’eerde kennis te brengen, dat wij de twee scheeps timmerlie„

den die na het schip de Zilvere Leeuw zijn afgesonden, met

eens gecommitteerd hebben, om de Falij Hantagien

te Bouro en Manipa exact opteneemen, en bij een schrif

telijk berigt bekent te stellen, wat houtwerken en tot wat ge„

bruijk in deese Bosschen te kappen. zijn

de Lagoe Bosschen die dit Jaar 10or

de Comp hebben opgebragt Rd„o 1408: 12: of rd„s 365: meerder

dan in Ao pass=o vorderen nog de aanhaaling, dat deselve door

aanplanding vermeerdert zijn met 1750: stux boomptjes,

dog

De

een

se

t

g'W