closeTerug naar inventaris

Transcriptie

het gat van Nassauw weeder ten eersten laaten toegaan, al

waar de vloot genoodzaakt wierd te moeten leggen, tot

des snagts Een uur, wanneer de strom gekentert en de west

winden bedaarder geworden zijnde, de Dreggen wierden te

huijs gehaald, koomende gelukkig door het gem: Nassauwse

gak tot

Donderdag den 2: dito, met het aanbreeken van den dag eerst voor Ager Mil

„ra gekoomen zijnde lieten de dreggen op 8: v=m Zandgrond wee

„der toegaan waarna de vlootelingen zig van water en Brand„

hout voorzien hebbende, om 8: uuren dezelve weeder wierden

geborgen, scheppende daar op Circa een uur lang, dog vermits

de sterk op komende W:s en Z=d W=t wienden, de Corre Corre en ver„

dere orembaijen, veel eerder agter, dan vooruijt bragten, waar

door dezelve in gevaar stonden, op strand geslaagen te worden,

moeste men wel drae het anker weeder laaten vallen.

Des nademiddags te 6: uuren, de wind wat bevaarder geworden

zijnde, wierden de Dreggen weeder geborgen, zeijlende en schep„

„pende de geheele nagt door, tot

Vrijdag den 3 Dito, Des namiddags omtrent twee uuren wanneer door Con„

„trarie winden en stroomen binnen de Drooge Rijsthoek of

de Zogenaamde Piekka de Dreggen op 15: v=m water moester

laaten toegaan, blijvende de vloot tot Circa 5: uuren des na„

„middags