closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Van Bandam den 17:e Maij 1690:

burgerij in genere bewesen, dat haer en wel voornamentlijk

hope dan dese prerogatieven

den perkenier opwecken zal, tot het wel waernemen

den perkemier zullen

der dierbare specerij vrugten dat hun eijgen en geen min=

opwecken

s' Comp.e interest zij, op dat uEd: Ho: agtb: 'tgewenste

oogwit dien aengaende mogen bereijken

30

op dewaert na dezdedat aenbelangt de vaert nade Z:t O: en Z: W: Eijlander

E:W: Eijlanden sal agt

sal men voortaen soodanigen nauwen agt geven als

genomen werden

immers doenlijk zij, en niemant dat uijt permitteren,

ter handel te varen, dan die sig tot nog daer ontrent

niemant dan die onop

sprakel: zijn derw:

onopsprakelijk gedragen heeft, en om sulx beter te kunnen

gepermitteert

weten, sal men de versoekers t' elken reijse daeromme

in politique vergaderinge laten verschijnen en in rade

dat dan nog eerst in rade

Examineren of op de persoon iets te zeggen valt; maer

sullen moeten versoeken

om uEd: Ho: agtb: althans nader openinge te geven

om wat redenen de pagt van arak, oft om beterteseggen

geen andere redenaekunnen

der slijt huijsen, daerse verkogt werd, ten tyde vande E E heer

wegens ’t afschaffen, en

weder invoeren vande araks

Cornelis van quaelbergen afgeschaft, en in november

pagt gegeven werden, dan

1688. alhier tot neira weder aengestelt is, sijn wij

onmagtig, dan eenelijk dat sulx is geschiet tot werinige van

om te prepemeren, dat die

soodanige schadelj: handteringe daerom zoo teseggen bij na

taphuijsen in zoo groten

getal niet toenamen

alle onse ingesetenen toe vervielen, en den fiscael

onmagtig ebas