closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Van Banda onder dato 17:' Maij 1690.

opduijken, en stelden den stierman een prijs van 4. rd.s voor de

geen die hem soude krijgen, dog konden, hoe dikwils ’t ook

probeerden soo diep niet komen, maer beloofden met volle maer

wanneer twater wel een vadem lager valt, alle debvoiren aen

te wenden, en die bekomen hebbende, met de eerste gelegentheijt

naer banda te senden, of selfs met hare Jonken te brengen,

twelk haer ook ernstig aenbevolen hebbe, gelijk den Sergrant

mede gelasten deselve daertoe soo veel mogelijk aen te porren

i

dijnsdag 18.

d:o

den stierman heeft met laeg water naer voors. dregge

gesleept, dog almede te vergeefs, sulx die tot ons leetwesen

sekerlijk sullen moeten laten leggen. tegens den avond heeft

er ontrent een kleen half uur een oostel: lugtje gewaeijt.

woensdag 19.e d.o bielden ons gestadig vaerdig, om indiender weder een

oostelijk windje waaijde, dadelijk te kunnen vertrecken,

namen ondertusschen afscheijt van alle onse posthouderen; den

sergiant stelden mij nu mede een briefje ter hand, geconsigneert

aan den E: heer willem, basting, protempore gesaghebber der

provintie banda, waerop hem gelaste, bij alle gelegentheden

sulx wel te observeren, stellende hem ten dien eijcrxe een

weijnig papier ter handen; tegens den avond voeren naerboort

ontrent 8. uren, begon de wind een weijnig uijt het oosten

te schieten sulx aenstonts dregge ligten en onder zeyl gingen

Donderdag 20:en d:o hadden slappe koelte, en sagen ’t Eijland groot keij, ’t geen

vrijdag

oijdan

saturd