Transcriptie
351
Van Banda onder dato 6. September 1690.
Translaet van een Iavaens briefje door
Radeen sonderma tot banda ges. aen haer
Ed: Ho: agtb: tot batavia ontfangen den
obersogo. per de fluijt de gideon
dese gants nedrige groete komt van den geringster
dienaer Radeen saderma, aen den wel Ed: Here
Joannes Camphuijs gouverneur generael, en de Ed:
Heren Raden van India, tot batavia die Etc:
Voorts nadien, het uEd: goetvinden is geweest, om
mij van batavia na ene van u Ed: Negorije te
versenden, soo ben ik dan vervolgens in Banda
gearriveert, alwaer ik genoegsaem herdenke en sien
kan, hoedanig de schicking van god de Heere, door het
niet agtervolgen van uEd: goeden raet, aengaende mij
Ellendige geweest is, maer ik bid god, en uEd:
om vergitfenis, op dat dog medelijden met mij beliefen te hebben
en mijvan mijne begane fouten te pardonneren, op welke
hoofte ik dagh en nagt mijn vertouwen stel; en bid
andermael (onder een beloftenan beterschap) dat VEd:
mij van hier believen te verlosten, op dat ik wederom na
batavia mag op komen, alles watk teseggen hebbe,
staet in dit briefje gesz:
Rasport vande verrigtingen gedaen
op quelle moerij, door den vendrig
didoff blat derw:t gesonden met
de