closeTerug naar inventaris

Transcriptie

8325

21

§323 Beklaaglijk is het ongeluk het schip de

Dolphijn overgekomen het geen op de reede

van Malacca den 27. Iuni in de lugt ge„

„sprongen is, zijnde van de daar op beschei„

„den manschappen slegts gered een Pijper,

benevens nog vijf inlanders, dan welke als

ten tijde van het ongeluk geslaapen heb„

„bende buiten staat zijn geweest op te gee„

„ren waar door hetzelve veroorzaakt L was.

8324

De gronden waar op uwE aan den Capitein

van dien bodem Toger Abo, benevens nog

Zes en dertig Europeesche Zeevaarenden, die

ten tijde van het voorzeijde ongeval aan

de wal of op eenige kleine vaartuigen zig

hadden bevonden, toegestaan hebben derzel„

„ver verzoek om betaaling van hetgeen zij

lieden bij de Compagnie te goed hadden, mits

„gaders dat zij op een der andere schepen

van de Compagnie mogten worden ge„

„plaatst als mede dat hunne gagien

maandelijks mogten voortloopen; de gron„

„den, zeggen wy, waar op uwE het een en

ander van die verzoeken hebben toegestaan

kunnen wij geenzints goed keuren.

Immers uwe stelling dato het springen

van een schip niet begreepen kan worden

onder het bepaalde bij het 45. articul

van den Articulbrief als naar uwe ge„

„dagten alleen ziende op gevallen van

brand en zeenood, loopt ten eenemaal

tegen het oogmerk van dat articul zoo

als hetzelve daar bij zeer duidelijk staat

uitgedrukt.

Bij den aanvang van hetzelve ontdeke

men

22

20

rig

n