closeTerug naar inventaris

Transcriptie

51.

Van Bantam Den Laatsten april 1729.

van Noordwaddingsveen op het versoek van dies

overheeden wegens kostgelden bij gebrek van rand„

soen daar aan hebben laten verstrecken staande

het aanweesen Iongst van dien bodem alhier ten

bedrage van ƒ450: 6:— die ’t comptoir generaal

per factura abusivelijk aangereeckent, zijnde

bij de Bantamse aandelboekjes te rug geschreven,

en ten laste gebragt sijn de omcost reecq: van

scheepen ingevolge uEdele groot agtb: g’eerde

ordre.

voor de deur van de kruijdkelder binnen speelwijk

neemen de vrijheijt te versoeken 2. kopere keng„

sels ijder van 2. voeten lang, volgens het ne„

„vensgaande gebroken monster.

het schip 'T vaderland getrouw kopen wij binnen

5: â 6. dagen te depecheeren met een zuijvere

lading peper, welken corl doorde Lamponders

nog dagelijx werd aangebragt.

'T sedert het affgaan van voorsz: onse Jongste advijsen sijn

Bantam gepass:t 3. scheepen uijt de oost, en 1. uijt de west:

zoo wij presumeerden, dog zeijlden diep in zee, waar

mede dese besluijtende verblijven met diep respect /:onder„

„stond:/ hoog Edele gestrenge wijd gebiedende heeren /:lager:/ uw hoog

Edelens onderdanige en trouwschuldige dienaren /:was getekent:

Joh:n Sautijn, Hend:k Duurvelt, P: de Graaff, I:n Steenwijk

en Simon Ghoenevelt /:in margine:/ Bantam ult:o april 1729.

Batavia.