closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Van Bantam Den. 12.' December A„o 1729.—

„dat

geld geleend, ofte beleend had, maar alles naar regt

en billijkheijt soude plaats vinden, des niet Iegenstaende

so heeft den commandeur Sausijn voor Iegenswoordig

kunnen goedvinden de gantsche nalatenschap van ge„

„dagten capitain ngoea aan te slaan, namentlijk

12. stux van desselvs lijffeijgenen, mitsgaders den

ganschen inboel, welke geweest is in handen van

capitain alia, successeur van gem: capitainngoea,

hebbende den commandeur Sautijn, vervolgens al

mede doen verkopen het huijs van gedagte capitain

Agaa waar in Capitain alia woonagtig is; en

alschoon aria Pourbanagara daar tegen protesteerde

heeft sig den commandeur Saudijn daar aan geen

„sints bekreund, naar welk voorval, voorts door uw

hoog Edelens zoon Padoeka krij Sulxhan is affgesonden

den persoon van aria weegnja Kasoema nagara, om

van commandeur Iohan Sautijn een billijke vol„

„doeninge te versoeken, wijl geciteerden ngoer de

administratie heefft gehad over alle de imposten

en verpagtingen van uw hoog Edelens zoon Padoe„

„ka Sirij Sulthan, en buijten des denselven ngoea nog

al een goede somma van penningen aan uw hoog

Edelens zoon debeten ten agteren was, mitsgaders

om gemelden commandeur aff te vragen, bij aldien

denselven