Transcriptie
t
37
en hun Berigt is geinsereerd bij onze Resolutie van den 10
Februarij
„n 58 Ten verzoeke van eenige zeevaarenden, die zonder
Afreekening van Batavia gekomen waren en dus op schuld„
Hoe de verstrekking van
gagie gescheedt aan eenige
„rekening liepen, dog aan de verstrekking naar de order van
aalkenden
de gagie voor eene maand om de vier maanden niet genoeg
hadden om in hunne behoeften te voorzien, hebben wy,
uit aanmerking dat men in de presente tijds omstan„
„digheden zig zoo nauw aan de gemelde order
niet kon binden, op verhoopte approbatie beslo„
„ven aan dezelven de gagie van twee om de vier
maanden te laaten uitreiken, blijkens onze reso„
„lutie van den 14 Augs. en 18 December
35.
terwijl wij uwer Hoog-Edelheden verzoeken
om welker Rekeninge
bij eerste gelegenheid herwaarts te willen doen be„
tans verzogt worden
„zorgen de Rekeningen, die bij eene overgaande
Notitie van den soldij-boekhouder gerequireerd
worden.
„ 59 Bij deliberatie op den Bataviaschen Eisch
voor het jaar 1783, gedateerd den 17 September
1782., en op uwer Hoog-Edelheden geeerd
aanschrijvens bij missives van den 10 Juni
23 en 12 Iuli § 51 nopens de masthouten is
Remargiesen boestiar e
nopens de geeischte mast
in aanmerking genomen, dat men van de voor„
„houten
het