closeTerug naar inventaris

Transcriptie

Refert tot het Acte

boek

opregting van eene

Compagnie siacker

77.

Voornamelijk om by

het geschuk te dienen

Rijst voor rantsoen toe

„gelegd aan de inlandsche

Militairen

gezunmen tijd als zoodanig op de schrijfcomptoiren gearbeid hebbende

Portugiesch Matthijs Montero

§ 134 omtrent de bevorderingen en verbeteringen van minder

belang, die alle mede naar het reglement op dit stuk gedaan zijn,

gedraagen wi ons aan het overgaande Acte boek

§ 135 Eenige kackers door den 3 99. vermelden Said

oemar gedisponeerd zijnde, om zig in het werk van de artillerij te

desenen, en daar bij niet alleen, maar ook op krijgt togten ter zee te

laaten emploijeeren, hebben wij ter onzer sessie van den 6 November

besloten met dat volk, en die er bij zouden komen eene Compagnie van

een honderd negen man, / de officieren mede getekend:/ op te regten, onder

toelegging aan dezelven van zoodanige besoldingen, als de andere

Maleitsche Militairen genieten. zij zijn reeds tot een getal van negentig

man aangegroed, en worden in de behandeling zoo van het geweer

als van het geschut, met zeer goed succes geexcerceerd. De reden hunner

aanneeming was voornaamelijk om meer geoefend volk bij het ge„

„schut te hebben, dan wij reeds hadden, dog het welk in cas van eenen

vijandelijken aanval niet sufficant geoordeed wierdt

1§5 136 op het verzoek van de Inlandsche Militairen, om

met eenig rantzoen van rijst begunstigd te worden, of, in plaatze

van om den anderen dag, om de twee dagen op de wagt te trekken,

ten einde zoo gelegenheid te hebben van een stuivertje meer te winnen dan

de gagie, welke zij van de Compagnie genoten, nademaal dezelve niet

toereikende was voor de zulken onder hun die vrouwen en kinderen, of

andere naastbestaanden te onderhouden hadden, hebben wij om de bij

onze Resolutie van den 14 November aangehaalde redenen het eerste boven

het laaste moeten verkiezen, en derhalven besloten aan ieder van hun

maandelijks te laaten verstrekken 40 lb rist

§ 137 Ter zelfde gelegenheid hebben wij uit zoodanige

Consideratie

160.

„liede

van

17

ven