closeTerug naar inventaris

Transcriptie

35

missive, waar in uwel Edele Gestr: agtb: onsen aankomst alhier sal

kunnen gelieven te beschouwen.

'T laaste geval, is voor ons in ruijmer graaden leed, ende aanstote„

lyk, welk op gisteren agter midag ons is overkomen om dus de zaak„

in ’t kort uewel Edele Gestr: Agtb: in subimstie te demonstreeren hebben

wij d'’eere uwel Edele Gestr: agtb: te melden.

Dat volgens onse verkreegen Instructie door den wel Edele Agtb: Heer

Bandas Gouverneur en Directeur beneffens de Politicquen Raad

aldaar zijn afgezonden; de zaken tussen den Orangkaij Koewaus

Kanna Kanna gen: en den p:r Interem post houder alhier de Heer

Fedder te ondersoeken en daar van met aankomst van uwel Ede„

le Gestr: agtb: Schuldplegtig te bdeelen, op dat een yder na mierites

kan werden veroordeelt; wij hebben dus met deesen Jnrigt gen: Kan„

na kanna te keffing laten versoeken, tot wel drie verscheide keeren

maar hij in ’t geheel daar niet na willende kreunen hebben wij goed„

gevonden om hem in persoon te gaan besoeken in zijne negorij kel„

„lenbarowa, met welke goede insigt wij ons daar na toe willende 6' ge„

ven: met eenige gewapende manschappen; /. alzoo wij ons niet heb„

„ben kunnen verascureeren door ’t geval van de Heer Fedder, ons

blood bij hun te vertrouwen:/: na toe marcheerende; en tot aan de

hoogte van d’ hoek om d’oost kant genadert zijnde intussen de

steenen ofte benting, g’attaqueerd wierden: en een gestadige vuur

van wel bij na een halp uur lang, uijt d: gen:t negorij op ons kree„

„gen en die toen verders gesoetineert ofte G’ protecteert nietd: door de

volkeren van Kelloe, Coewaij en kotta bandang, waar op men, alsoo

geen mensch zaagen, g’nooizaakt waren te relivere met ver„

„lies van een Europees soldaat gen:t Corbus, en twee onse Sipajers

die seer swaar gequets waren en buijten alle deese heeft hief vebel„

Een Kanna kanna zijn vermogens bij een gespannen, en alle d’Ce„

ram laats volkeren soo mede die van wewaij, kelloe kotta bandang

hunne vaartuijgen laaten gewapend voor zijn negorij ten anker

leggen, bestaande wel in 25: en 30: zijlen; met gejuyg en geroepuijt

en van hun negorij Kellenbarowa dat wy bandaneesen maar

souden