closeTerug naar inventaris

Transcriptie

en

en

Geedets

11½

te

G„

176

En alzeo Wij den Luytenant Ter Zee Iacobus

162.

d: gallij de drack

En den Luijtenant

Grijze Om sijn slegt gedrag niet wel kunnen

ter zee Grijse

aan Versrouwen zoo hebben hem op T Schip

in welkers plaats

Jagtrust geplaast en van dien Bodem

van ’t schip Zagtlust

Geligt den Seris Luitenant DiJk Van Soomeren

geligt hebben den

om alhier als Gezaghebber opGemelde Galleij

Souis Luijtenant

van Soomeren

zijn dienst te presteeren en hoope Uw Hoog

Edelheedens zuelxj zullen de gelieve te Apro„

beeren.

§ 63 De Persoonen welke hun Verband en tijd hebben

vertrek van soodaanige

5

uijtgedient en alhier tot geen nieuw Engagement

persoonen als hin verbonden

tijd hebben uijt gedient te animeeren zijn, bestaande en een Kombaadick„

en alhierts geen miunwn t Carmoneel en 2 soldaaten laaten wij bij deeze

Engagement ten ammeeren en dere waapen en Costijwaarts Vertrekken,

sijn wolke hunj kost pemingen en de deeze zoo wel als de voorengen: kos„

en randsoen tot ult

tijwaards Vertrekken de Dienaaken kunnen

No vb genooten hebben

Kostpenningen Randsoenen tot ult=o November Ge

nooten.

§ 64.

Onder

Onmetiaen Gebruijken m: de Vrijheijd bij deesen en de boeijen

bedeeling van een Costirraarts te zenden, Een Ban jakees Genaamt

ban Carces dewelke Pambakal Oesman dewelke den Vorst

en deese op versoek versoekt dat uw Hoog Edelheedens naar een

van den Vorst als banne

of anderie plaats als Ban diet Gelieve te sen den„

ling versonden wer„

Welwaarts uw Hoog Edelheedens zullen gelieven

goed te Venden.

Waak

128

duspl:

ren