Transcriptie
23 Meij 1780
op deen 25. Maril om alhuan aangebrragtin laat en amijna one zin geom:
Kietje man Iara rees vorderen den eersten submissem teeken
„ naar deeses alzoo wij gezaamdentlijk in serieise over„
„neeging „ en den Pancianaas en Mampouwas vorsten, hun
advisen ingenoomen hebben, of de zaaken aan deesen oort zoo
„danig gesteld waaren, dat hij dezelve
net geruntheid konde
verlanten, en daar zig eegenwoordig geen otirtaeuden opdaan die
in dit zijn vertrek eenige verhinderinge zoude toebrengen, zoo
hebben de laatste neederige teekenaars ook geene twannighei
gemaakt, om alle s' Compagnies effecten over te neemen
blijkens het deese in alle eerbied bijgevoegd transport Zijnde
lestens door hem van alles behoorlejk geinstareerd noopens
den toestand van zaaken, die zig onder s' heemelit zeegen
wel schikken zullen alzoo de gevlugte mampauwasse vor„
iteem, ontblgt van volk en geld ig aan de gaensschendin
„gen van dat rijk in de boovenlanden stil houden, en
den Lambas Seetthan /: schoon door voorgaande voor„
beelden wijnig te vertrouwenn echter noeit zal overge„
„ haald worden, om iets ten nadeele der maatschappij
te onderneemen, in welke submisse gevoelens wij hoopen
Uw Hoog Edelheedens meede eenigzints zullen verstaakt
worden, door dien vorst zijn missive aan hoogst dezelve ge„
recht en p„r de Ligter de Eedropa aan uw Hoog Edelheedens
Schuldpligtig afgevaardigt. —
De Engelsche Snaauw welke in den gepasseerden jaare
Circa een paar mijlen het Sambasse rivier was opgevaaren
heeft na een zeer kort verblijf aldaar, de reise naar China
voortgezet, zonder eet
naamwaardigs te verdeliteeren, om
dat nog het grootste gedeelte van de Laading der Goerab
aldaar onverkogt was, buiten dat geen en trepreneers in
dden kegotie zijn op Sambus bevinden, en daar door de art
gelschen
13