Transcriptie
Van Banda den 17:en Maij 1690.
sluijten, omme des noots voor een Conterscherp te dienen
Item de gragten rond om her soo veel uijt te diepen, als de
de gragt uijt te diepen
fondamenten der muren, daer deselve aen weertijde is
opgehaelt, eeniger maten lijden konden, mitsgaders
allerwegen, schanstrorven voor het Canen, en blindens
een ravelijx voor belgicas
watersout op te werpen
voor de militie in gereetheijt te brengen, als mede tot
bevrijdinge vande waterput even buijten ’t Casteel
belgika, staende een ravelijn op te werpen, waeruijt men
met 4. a 6. p.s Canon, de vlakte daerontrent soude
konnen bestrijken, ook wierden tot versterckinge der
de negorij tesfluijten Jtem
negorijen nodig geoordeelt alle derselver straten en
toegangen, except die in de front vant Casteel gelegen
waren, en nog andere drij als een in’t oosten, een int zuijden
tem aan’t manguus
en een in't noorden almede met pallisaden te sluijten,
bosch
en van wijders aent Zuijdoost eijnde agter de negorij op de
hoek vant mangusch bosch, of bin beter te seggen ontrent
deselve stantplaets daer in voortijden bij de onse de eerst
aenlandinge ondernomen, en het Casteeltje van Croijen
opgeworpen is een sufficante batterij, Item aende witte
een sufficante baettarij
en aende wittepul een
halvetaen textrueren put, een halve maen van gelijke stoffe te doen strueren
nademael dese twee voornaemste havennemen waren
om reden
daermen
—