Transcriptie
47
Van Banda den 17:' Maij 1690.
vande sekerheijt der francen oorlog, onder recomman, alomme notiticatie
vande Francen oorlog
„gatie wel op hoede te zijn, ende Eijlanderen inder minnen gegeven
tot den pligt haerder gemaekte verbonden dagelijx te
niet nevenstaende
recommandatie
vermanen, en zoo veel doenlijk te houden, mitsgrs:
bij verschijninge van eenige diergelijke vijand, ontrent
die eijlanden deselve tragten alle bedenckelijke afbreuk
toe tebrengen, vide afgaende briefboeken, onder dato 2. 5. en
6. december anno pass.o ongevaer 2. maender hier na
of op 11. februarij wierd ons per den burger mixties
bekomen miss: van
paulus de lanoij van makisser en wetter een briefje
Radja Salomon, Jtem
van Radja Salomon Speelman, Item een d.o van radja
radja backen en onsen
Fredrik backer, als ook een d.o van onsen posthoudenden
serg:s op kisser, dat
serg.t Ioost fredriks: toegebragt; gedagtekent 10. Janua:
en 1.n Februarij anno stantij, bevattende enelijk dat
den goeden toestam al
daer eenlijk vermelt en
vanden sergiant en Radja backer, den goeden toestant
eenige
van makisser, benevens eijsch van benodigtheden; maer
dat van radja Salomon,
radja salomon notiticeerde bij den sijnen dat sig
klagten over denige kissere
verscheijde kisseresen agter ’t land van wetter ophielden
sen op wetterhuijshouden:
ende tot groot nadeel der wetteresen al het wax vanden
alsoerees inkogten, en nakisser vervoerden, sulx hij
die al lange van daer
salomon en den eijgen Eijlander nanlijx iets.
soude zijn gedreven
daervan magtig konden werden, om welke
indien
redenen