Transcriptie
242
aan het Opperhoofd verhaald, zelfs oog getuigen
geweest te zijn, dat de Maccassaaren op Tealara
een Menigte van Geweeren buskruijt en 2 pees
Metaalen Stukjes van Omtrend Een pond Caliber
hadden Aangebragt, die zulx gedeeltelijk teegens
Wax en sandelhout getrocqueerd en de rest Ver„
kogt hadden, dog hoe de Maccassaaren aan die
Geederen koomen, kunnen Wij Uwe hoog Edel„
„heedens als nog niet melden, Wijl de Kruijsers
met de genoomene Vaartuijgen, geen Enkeld Mar„
hebben kunnen Magtig worden, Waar uijt men
anders Wel ontdekt zoude hebben Waar zij die
Zoort van Goederen, gewoon zijn op te doen, egter
sullen wij niets verzuijmen om des Mogelijk
zulx te onderzoeken, ten Eynde daar door in staat
te zijn Uwe hoog Edelheedens de begeerde Elu„
„cidatie te konnen suppediteeren.
Door dien zeedert den afvallig gewiest zijn
5 30.
Na dat de J„o Keijser van
Jonge Keijser van Sonnebaij om Pardon ver„
Sonnebaij om Pardon versogt„ de
„tis den portugeesen Paater
„
soek gedaan heeft, den Fortugeezen Pater
daar niet meergeweest,
Waar-Om best geoordeeld is
daar van aan den portuge„ Francisco de Sam Joze Toscano zig niet meer
sen Gouverneur geen Mel„
in die Contrijen vertoond heeft, en om met den
ding te maaken
Nieuwen Gouverneur in geen twist streijd te
treeden, hebben Wij in hoope van UWe hoog Edelh„s
gunstig